Frank Creyelman: ‘Heeft het in onze stad nog wel zin om zo een autovrije zondag te organiseren? De stad is al grotendeels autoluw. Fietsers en voetgangers hebben er vrij spel en meer voordelen dan de wagen.
Op 19 september ll. vond in Mechelen – zoals in andere Vlaamse steden – een jaarlijkse autovrije zondag plaats. Deze autovrije dagen gaan zelfs al terug tot 1939 waarbij het systeem werd ingevoerd omdat men in Duitsland en Frankrijk vreesde dat er onvoldoende benzine zou zijn in geval van oorlog. Ook na de Tweede Wereldoorlog was brandstof nog schaars en werd het gebruik verder gezet. De meest bekende aanzet liet echter op zich wachten tot begin jaren ’70 waarbij de Arabische staten de oliekraan dicht draaiden omwille van de steun van het Westen aan Israël tijdens de Jom Kippoeroorlog. Na de noodgedwongen autovrije dagen door allerlei crisissen werd er eind jaren ’90 weer gepleit voor autovrije zondagen maar dan meer omwille van het milieu. Sinds 2003 maken de autovrije zondagen deel uit van de European Mobility Week waarbij op de derde zondag van september straten en steden worden afgesloten voor het verkeer.
De autovrije zondagen hebben dus een lange geschiedenis en er was zeker wat voor te zeggen in het recente verleden. Of ze – behalve als symboliek en traditie – in Mechelen nog veel zin hebben is een andere vraag. De binnenstad waar het evenement zich afspeelt is immer al grotendeels autoluw en fietsers en voetgangers hebben er meer voordelen dan de wagen. En er blijft toch een kostprijs aan vast hangen van meer dan 40.000 euro in een stad die de hoogste schulden van de Vlaamse centrumsteden met zich meedraagt.